Bijna vier maanden na de verkiezingen zijn de nieuwe Vlaamse regering, haar plannen en begroting bekend. Maar welke impact verwachten we op bos, natuur en klimaat? Volgens BOS+ is dit een ambigu en daarmee ook gevaarlijk akkoord: het natuur- en klimaatbeleid toont te weinig ambitie, maar mist bovenal slagkracht en centen. Waar de vorige regering van thema’s als bosuitbreiding en de Blue Deal nog stokpaardjes maakte, schuift de nieuwe ploeg die naar het achterplan. Ook dat de bevoegdheid Omgeving opnieuw aan die van Landbouw werd vastgeklikt, is reden tot ongerustheid. Maar we zien ook kansen.
Doorbomen naar 10.000 hectare
We beginnen op een positieve noot: deze regering houdt het streefdoel van 10.000 hectare bosuitbreiding tegen 2030 overeind. Alleen, de weg daar naartoe wordt wel erg mistig. Bosuitbreiding was nooit gemakkelijk – alle inspanningen van overheid en middenveld ten spijt haalde Demir zelf maar de helft van haar eigen doelstelling – maar net nu de trein op stoom komt, zouden bestaande succesformules zoals subsidies voor aankoop van gronden worden beknot. Zo wil men actieve landbouwers in de toekomst voorrang geven op natuur- en bosuitbreiding met overheidssteun. Het verbeteren van toegang tot grond voor (in de eerste plaats startende) landbouwers is op zich een relevante doelstelling, maar door landbouwgrond te beschermen tegen maatschappelijke projecten, maar niet evenredig op te treden tegen private spelers en dynamieken als verpaarding en vertuining, schiet de overheid alleen maar in eigen voet.
Hoe dit regeerakkoord dan wel naar extra bos streeft, is door “samen met de lokale besturen werk te maken van lokale Bosplannen” die uiteindelijk ook tot herbestemming als bosgebied moeten leiden. Hoewel zo’n gebiedsgerichte aanpak zinvol kan zijn en zeker kansen biedt voor het inzetten van de expertise opgebouwd door de Bosalliantie, zal ze trager en moeizamer verlopen. Vlaanderen is met een bosindex van amper 10% één van de meest bosarme regio’s van Europa, en al meer dan een kwarteeuw is het wachten op de beloofde ommekeer. Ook de ‘schop in de grond’ aanpak van de voorbije jaren mag dus niet verlaten worden.
Parole parole
Verder biedt het akkoord op vlak van natuur en milieu nogal wat mooie woorden, maar weinig (financiële) ruggensteun. De zogenaamde Blue Deal 2.0, bedoeld om Vlaanderen beter bestand te maken tegen klimaatextremen, is prominent aanwezig maar verliest de helft van haar budget. En ook algemeen wordt in de middelen voor omgevingsbeleid flink gesneden. Dat zet goede en noodzakelijke ambities, zoals die voor een versnelde afbakening en vrijwaring van watergevoelige open ruimtegebieden (WORG’s), op losse schroeven.
Over de bescherming van onze bestaande (zonevreemde) bossen blijft het akkoord opvallend kort. We noteren dat Vlaanderen ‘waardevol bos’ zal beschermen, maar betreuren dat deze beloften legislatuur na legislatuur vager worden in plaats van sterker. Naar de selectie van en het beschermingsmechanisme voor deze bossen blijft het raden. Bovendien wordt ontbossing buiten Vlaanderen nauwelijks aangepakt, ondanks de rol die de Vlaamse productie en consumptie spelen in het wereldwijde bosverlies.
De Europese Natuurherstelwet daarentegen krijgt een mooie vermelding, meer bepaald de verplichting die ze oplegt om de oppervlakte natuur en bomen (kruinbedekking) in het stedelijk gebied in stand te houden. Dat zou wel eens een leidende bepaling kunnen worden in het sterk verstedelijkte Vlaanderen. Helaas probeert de regering zich meteen in te dekken met ‘in de wet voorziene afwijkingsmogelijkheden’ om de impact op het terrein te beperken.
Bruggenbouwer Brouns?
Toch zien we ook kansen in de tekst en in de open ruimte portefeuille van minister Brouns. Want als ook het beleidsdomein ruimtelijke ordening (al te vaak het ondergeschoven kind) serieus genomen wordt, kan dat wel degelijk winsten opleveren en ‘de koek’ voor landbouw én natuur vergroten. Het zal daadkracht vragen om decennia van ruimtelijke verrommeling te keren, maar het akkoord ademt wel degelijk ambitie voor het inperken van ongewenst zonevreemd gebruik en voor een realistische bouwshift. Zo wordt de deur open gezet voor het verlagen van de planschadevergoedingen en voor een herziening van het gemeentefonds. Planschadevergoedingen worden betaald aan grondeigenaars wanneer de waarde van hun grond daalt door een wijziging in de bestemming, bijvoorbeeld wanneer bouwgrond wordt omgezet naar natuurgebied. Vandaag is deze regeling vaak een groot obstakel voor de realisatie van natuurdoelstellingen en de bouwshift, omdat de overheid geconfronteerd werd met hoge kosten wanneer ze gronden wilde bestemmen voor natuur of bos.
Als deze regering en minister Brouns straks écht gaan rijden voor de open ruimte – met landbouw én natuur als protagonisten – dan vallen de meubels misschien nog te redden. Maar dat vereist een constructieve aanpak, waarbij landbouw en natuur niet langer tegen elkaar worden uitgespeeld maar elkaar mogen versterken. En wat dat betreft valt er wel wat te bewijzen. Omgeving werd als bevoegdheid toegevoegd aan een bestaande ministerpost voor landbouw, en dat is ook te lezen in de passages terzake. Omgekeerd bevatten de teksten rond landbouw nogal wat aanknopingspunten voor synergiën, zoals (de promotie van) agro-ecologie en natuurlijke elementen (houtkanten, bomen) in het landbouwgebied. Aan de minister om daarmee te bewijzen hoe hij van 1+1 3 maakt.
Warm en koud
Ook het klimaatbeleid dreigt de blinde vlek van de vorige legislatuur verder te zetten. De Vlaamse regering belooft een “waardegedreven en solidair buitenlands beleid te voeren en verantwoordelijkheid op te nemen”, maar dat engagement staat in schril contrast met de eigen ambitie voor emissiereducties die los onder de Europese lat doorgaat. De vooropgestelde -40% (47% als het tegen de verwachtingen in toch allemaal vlotter gaat) blijft véél te laag om deze uitspraak waar te maken. Opnieuw wordt de schijn opgehouden zonder echt te sturen.
Samenvattend toont de Vlaamse regering hier en daar wel ambities voor bos en klimaat, maar ze mogen niet pijn doen. Of toch niet voor het te bedienen kiespubliek. De gevolgen van de klimaatextremen zullen nochtans niet ophouden aan de Vlaamse grenzen, en zonder internationale verantwoordelijkheid en een ambitieus klimaatbeleid zal de regering deze uitdagingen niet kunnen aanpakken. ‘Iedereen mee’ klinkt het, maar niet in een duurzame richting. Het akkoord roept de vraag op of Vlaanderen echt vooruitgang kan boeken, of dat de ambitie van deze ‘warme regering’ zal stranden in een koude douche voor natuur en klimaat.