Stormschade is een van de belangrijkste verstoringsfenomenen in bossen van de gematigde streken. De ecologische gevolgen zijn groot. De plaatselijke toename van licht en de aanwezigheid van rottend hout creëren een aantal ecologische niches die worden bewoond door gespecialiseerde fauna en flora. Daarnaast heeft windworp ook economische en bosbouwkundige gevolgen. Het Zoniënwoud lijkt meer dan andere bossen gevoelig te zijn voor windworp. Er treedt jaarlijks, vooral bij Beuk, ernstige windworp op. In stormjaren kan dit oplopen tot meer dan 1000 bomen.
Dit artikel handelt over het fenomeen van windworp, waar vooral het Zoniënwoud met zijn kathedraalachtige beukenbestanden sterk onder te lijden heeft.
Gelieve als volgt te citeren:
Gijsels, K. & Buyse, G. (2004). Hoge bomen vangen veel wind: verklaringen voor windworp van beuk in het Zoniënwoud. Bosrevue 8b, p1-4.
ISSN 2565-6953 – Bosrevue 8b