Lokale en inheemse gemeenschappen zijn een belangrijk deel van de oplossing voor de klimaat- en biodiversiteitscrisis. Hoewel ze maar 5% van de wereldbevolking uitmaken, beheren en beschermen ze in hun leefgebieden 80% van de nog overblijvende biodiversiteit. Territoria van inheemse gemeenschappen bevatten ongeveer een derde van alle CO2 die is opgeslagen in de bossen van Latijns-Amerika en de Cariben en ongeveer een derde van alle bossen in de tropen wordt beheerd door de lokale gemeenschappen.
Kleinschalige boeren, herders, mensen die het bos gebruiken om in hun levensonderhoud te voorzien, vissersgemeenschappen en jager-verzamelaars hebben hun gronden gedurende generaties gebruikt, beheerd en beschermd.
Ze doen dat voor het overgrote deel op een duurzame manier, omdat die natuurlijke hulpbronnen belangrijk zijn voor hun levensonderhoud en het welzijn van toekomstige generaties. Terwijl tropische ontbossing zich blijft verderzetten aan een alarmerend tempo, liggen de ontbossingscijfers op het grondgebied van inheemse gemeenschappen een pak lager.
Het erkennen van grondrechten voor hun leefgebieden en het respecteren van die rechten geldt als een van de meest kosteneffectieve maatregelen om zowel de klimaat- als biodiversiteitscrisis aan te pakken.
Deze gemeenschappen laten hun stem steeds luider klinken. Daarbij eisen ze bovenop de erkenning en de beschermen van hun rechten, in het bijzonder eigendomsrechten voor hun territoria en zelfbeschikkingsrecht voor het beheer daarvan. Naast deelname en betrokkenheid, willen ze worden beschouwd als gelijkwaardige partners in het uitvoeren van lokale projecten, in nationale bestuursorganen en op internationale onderhandelingen zoals de COP.
Ze eisen dat er meer rekening wordt gehouden met hun traditionele kennis wanneer het over duurzaam beheer van ecosystemen gaat. Daarnaast verwachten ze dat er meer middelen rechtstreeks bij hen terecht komen, en dat ze beter worden ondersteund om die rol als stewards echt te kunnen waarmaken.
De toenemende aandacht en erkenning die ze hiervoor krijgen staat in schril contrast met de toenemende druk op hun rechten en levenswijze. Bedreigingen en moorden op inheemse leiders die opkomen voor het respecteren van hun leefgebieden zijn de laatste jaren toegenomen. Tekenend voor deze alarmerende trend is het aantal moorden op milieuverdedigers dat nog elk jaar toeneemt. In 2018 moesten 164 milieuactivisten hun strijd met hun leven bekopen, in 2019 steeg dit cijfer al naar 212 en in 2020 tot zelfs 227.Bovendien zijn inheemse gemeenschappen extra kwetsbaar voor de COVID-crisis.
Het versterken van deze gemeenschappen vormt een belangrijk aandeel van de werking van BOS+. In Latijns-Amerika en Afrika ondersteunen we lokale en inheemse gemeenschappen bij het beheer en bescherming van hún bossen. In België laten we hun stem luider klinken. Daarom doen we ook mee aan de Foto-expo: in het spoor van milieuactivisten. Daarin zetten we 2 cases uit onze werking in de spotlight.
Adan vecht al jaren voor de bescherming van zijn bos in de gemeenschap Coche Corral in het Zuiden van Ecuador, gemeente Espindola, aan de grens met Peru. Hij besefte al jaren voor het gangbaar was dat het bos hen leven gaf en de hoger gelegen páramo’s noodzakelijk zijn voor de watervoorziening.
Zijn strijd ging niet zonder slag of stoot, hij belandde enkele keren in de gevangenis en werd mishandeld. Maar ondertussen heeft zijn strijd wel opgeleverd en wordt het gebied waar hij en zijn gemeenschap jarenlang voor streed binnenkort door de gemeente officieel erkend als ACMUS: een gemeentelijk beschermd gebied voor behoud en duurzaam gebruik. Dit proces wordt technisch ondersteund door de nationale NGO NCI, partner van BOS+ (en gefinancierd door het Klimaatfonds van de Vlaamse Overheid).
Hier zie je 2 leiders van de inheemse Waorani bevolking. Op deze foto Gilberto Nenquimo, hij is voorzitter van de nationale Waorani organisatie NAWE. Hieronder ziet u Mencay Nenquihui, voorzitter van de vrouwenvereniging AMWAE.
Wie zijn de Waorani?Zowel Gilberto als Mencay zijn felle strijders voor de cultuur en het welzijn van hun volk. Vooral de ontginning van petroleum maar sinds de pandemie ook de massale kap van balsahout, bedreigen grote delen van hun territorium waaronder het Nationaal Park Yasuni. Door hun volk beter te informeren, hen te organiseren, een eigen territoriumwacht te voorzien en die info te gebruiken op een geavanceerd online monitoringplatform, productieve alternatieven op te zetten zoals 0-ontbossingscacao, innovatief weefwerk van de chambira palmvezel, incidentie bij de overheidsinstellingen etc. proberen ze hun rechten te verdedigen en een effectief alternatief aan te bieden, tegen de grotere ontbossingskrachten in, gesterkt door hun sterke band met het Amazonewoud waar ze leven.
Nationaal Park Yasuni