Updates
Nieuws

In 2022 10% meer primair tropisch bos verloren

© Victor Moriyama / Amazônia em Chamas (Amazone in Vlammen Alliantie)
  • Wereldwijd verloren de tropen 4,1 miljoen hectare primair bos in 2022, 10% meer dan in 2021.  
  • Deze verliezen deden zich voor ondanks de beloftes van 145 landen op de COP26 in 2021 om hun inspanningen op te krikken om ontbossing te verminderen en te stoppen tegen 2030; volgens de nieuwe gegevens van de Universiteit van Maryland ligt de wereld ver achter op schema om het doel van nul ontbossing te halen.  
  • Volgens Frances Seymour van het World Resources Institute is er dringend behoefte aan meer financiering voor de bescherming en het herstel van bossen.   

JAKARTA – In de tropen nam het verlies aan oppervlakte van primair (lees: onvervangbaar) tropisch regenwoud in 2022 met 10% toe in vergelijking met 2021. Bosverlies in hotspots van ontbossing zoals Brazilië en de Democratische Republiek Congo bleven versnellen volgens nieuwe data van de Universiteit van Maryland. 

Volgens de gegevens, die beschikbaar zijn op het platform Global Forest Watch (GFW), dat wordt beheerd door het World Resources Institute (WRI), is in de tropen in 2022 4,1 miljoen hectare primair bos verloren gegaan, tegenover 3,75 miljoen hectare in 2021. Het beboste gebied dat verloren gaat is zo groot als Zwitserland en de snelheid waarmee het bosareaal verloren gaat komt overeen met het verlies van 11 voetbalvelden bos per minuut. “Over het algemeen hebben we sinds de eeuwwisseling een achteruitgang gezien van enkele van de belangrijkste ecosystemen ter wereld, ondanks jarenlange inspanningen om die trend te keren,” zegt Mikaela Weisse, directeur van GFW. 

Grafiek: Verlies aan primair tropisch bos, op jaarbasis tussen 2002 en 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. Bron: Global Forest Watch

Tijdens de COP26-klimaattop in Glasgow in 2021 hebben de leiders van 145 landen toegezegd om meer inspanningen te leveren om ontbossing tegen te gaan, met als doel om het verlies aan bos tegen het einde van het decennium een halt toe te roepen en om te keren.

Om tegen 2030 een ontbossing van nul te bereiken, moest de ontbossing wereldwijd elk jaar met 10% worden verminderd. Maar in plaats daarvan is, in het eerste jaar na de Glasgow belofte, het tropisch bosverlies toegenomen. Als gevolg hiervan ligt de wereldwijde ontbossing in 2022 meer dan 1 miljoen hectare boven het niveau dat nodig is om op koers te liggen voor het doel van nul ontbossing in 2030, volgens een analyse van WRI. Dit betekent dat we ver van het spoor af zijn en de verkeerde kant op gaan als het gaat om het terugdringen van ontbossing, aldus Frances Seymour, een vooraanstaand senior fellow in het WRI-programma voor bossen.

“Voor velen van ons zijn de cijfers van 2022 bijzonder ontmoedigend” zei Seymour. “Na de gedurfde toezeggingen in Glasgow door de meeste van ’s werelds staatshoofden en regeringsleiders om het bosverlies tegen 2030 een halt toe te roepen en om te keren, hadden we gehoopt dat we nu signalen in de gegevens zouden zien dat het bosverlies een halt toegeroepen zou worden. […] We zien dat signaal nog niet en in feite gaan we zelfs de verkeerde kant op.”

Seymour gaf toe dat het wel even kan duren voordat de COP26 beloften resulteren in minder ontbossing. Wanneer regeringen nieuw beleid uitvaardigen, duurt het minstens een jaar om de administratieve capaciteit op orde te krijgen en investeringen te doen, zei ze. Daarom is een vertraging van een jaar of twee na 2022 mogelijk zei Seymour. “Dat gezegd zijnde, denk ik dat we niet zelfgenoegzaam moeten zijn en ervan uit moeten gaan dat toezeggingen zoals we die in Glasgow hebben gehoord, vanzelf worden uitgevoerd.”

Een luchtfoto toont ontbossing in de Braziliaanse deelstaat Rondônia tijdens de regering van voormalig president Jair Bolsonaro die het Amazonefonds in 2019 lamlegde. Copyright: Fabio Nascimento voor Mongabay


Dit komt omdat het geld er nog niet is om deze beloften uit te voeren, aldus Seymour. Ze wees erop dat het financieringsbedrag van de geïndustrialiseerde wereld om de klimaatverandering in het algemeen aan te pakken nog steeds onvoldoende is, en dat het deel van die klimaatfinanciering dat naar bosbescherming en -herstel gaat is nog veel te weinig is om het mitigatiepotentieel van bos waar te maken.

Daarom is er dringend behoefte aan meer financiering om bossen te beschermen en te herstellen, aldus Seymour. Bovendien ontbreekt het nog steeds aan de politieke wil om de beloften voor een nul-ontbossing na te komen, zei ze. “Collectief lijken we het probleem niet aan te pakken als de planetaire noodsituatie die het werkelijk is.”

 

De impact van tropisch bosverlies

Bosverlies in tropische landen in 2022 leidde tot het vrijkomen van 2,7 gigaton (Gt) aan CO2-uitstoot in de atmosfeer, gelijk aan de jaarlijkse uitstoot van fossiele brandstoffen in India. Dit betekent dat het voortdurende verlies van primaire tropische bossen de temperatuur van de planeet dichter bij een stijging van 1,5 graden Celsius boven het pre-industriële niveau brengt. Daarom is het stoppen en omkeren van bosverlies dringend en essentieel om de wereldwijde doelstelling om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden Celsius levend te houden, aldus Seymour. “Het is ook een van de meest kosteneffectieve mitigatieopties die we vandaag de dag tot onze beschikking hebben,” zei ze.

Een andere reden waarom het cruciaal is om tropische bossen te beschermen, is omdat de gevolgen van bosverlies, vooral in tropische landen waar meer dan 96% van de ontbossing plaatsvindt, veel verder dan klimaatverandering, aldus Seymour. Het verhandelen van wilde dieren kan bijvoorbeeld virussen verspreiden die pandemische uitbraken in steden veroorzaken en onverantwoorde mijnbouw kan rivieren stroomafwaarts vervuilen.

Eén ding is duidelijk: What happens in the forest, doesn’t stay in the forest. – Frances Seymour, senior fellow in het WRI-programma voor bossen

Ze zei dat bossen ook een wisselwerking hebben met de atmosfeer. “Die interacties zijn meestal onzichtbaar, maar zoals wie in Washington D.C. leeft een paar weken terug kon ondervinden, kan rook van bosbranden ademhalingsproblemen veroorzaken voor bevolkingsgroepen die honderden kilometers verderop wonen.” Bovendien beïnvloedt ontbossing het klimaat ook op andere manieren dan via de wereldwijde koolstofcyclus, zei ze. “Dat komt door biofysische effecten zoals het ontstaan van bewolking en regenval,” aldus Seymour. “Ontbossing in het Amazonegebied verstoort bijvoorbeeld neerslagpatronen in nabijgelegen gebieden en kan in verband worden gebracht met de droogte en branden … in Bolivia.” Ontbossing veroorzaakt ook een onmiddellijke temperatuurstijging in nabijgelegen gebieden die het effect heeft van een verdubbeling van de temperatuurstijging die veroorzaakt wordt door de opwarming van het broeikaseffect alleen. Dit komt omdat bossen helpen om de lucht dichtbij en ver weg koel en vochtig te houden door de manier waarop ze energie en water fysiek omzetten. Zonder bossen zou de wereldwijde temperatuur ongeveer 0,5 graden Celsius hoger zijn. “Eén ding is duidelijk: What happens in the forest, doesn’t stay in the forest,” zei Seymour.

 

Brand en ontbossing in de Amacro-regio (de staten Amazonas, Acre en Rondônia) in het Braziliaanse Amazonegebied eind augustus 2022. Copyright: Nilmar Lage – Greenpeace


Brazilië

Volgens de laatste gegevens van de Universiteit van Maryland blijven de grootste bosverliezen plaatsvinden in een paar landen die ’s werelds grootste en belangrijkste tropische regenwouden voor klimaatverandering, biodiversiteit en mensen herbergen. Hiertoe behoren Brazilië en de Democratische Republiek Congo, de twee landen met de meeste tropische bossen. In beide landen bleef het bosverlies toenemen. Brazilië is het land met het meeste primaire regenwoud en staat steevast bovenaan de lijst van landen met het grootste verlies aan primair bos. In 2022 was het land met 1,8 miljoen hectare verantwoordelijk voor 43% van het totale verlies.

Afbeelding: verlies van primair bos in Brazilië, op jaarbasis van 2002 t.e.m. 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. Bron: Global Forest Watch.

Een deel hiervan is te wijten aan niet-brandgerelateerde verliezen, die in het Braziliaanse Amazonegebied meestal te wijten zijn aan kaalkap. Vorig jaar steeg het Braziliaanse bosverlies door bosbranden met 20% ten opzichte van 2021, het hoogste niveau sinds 2005. Weisse van GFW wees erop dat deze voortdurende toename van bosverlies in Brazilië plaatsvond tijdens het laatste jaar van de regering van voormalig president Jair Bolsonaro. “Het verlies aan bos in Brazilië nam in het begin van de jaren 2000 dramatisch af onder president Luiz Inácio Lula da Silva (Lula), maar de recente toename viel samen met het uithollen van milieubeschermingen door de regering Bolsonaro, het opdoeken van handhavingsinstanties, pogingen om amnestie te verlenen voor illegale ontbossing en pogingen om inheemse rechten af te zwakken,” zei ze.

“Het verlies aan bos in Brazilië nam in het begin van de jaren 2000 dramatisch af onder president Luiz Inácio Lula da Silva (Lula), maar de recente toename viel samen met het uithollen van milieubeschermingen door de regering Bolsonaro. – Mikaela Weisse, directeur Global Forest Watch

Een specifieke ontbossingshaard die zich de laatste jaren manifesteert is de Westelijke Amazone, waar het verlies van primair bos in versneld tempo is toegenomen. De staten Amazonas (waar meer dan de helft van de intacte bossen van Brazilië ligt) en Acre zagen in 2022 een van de hoogste verliezen ooit. Vooral in de deelstaat Amazonas is het verlies in slechts drie jaar tijd bijna verdubbeld.

Afbeelding: verlies van primair bos in de deelstaat Amazonas in Brazilië, op jaarbasis van 2002 t.e.m. 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. Bron: Global Forest Watch.

Dit verlies in het westelijke Amazonegebied is geconcentreerd rond bestaande wegennetwerken en bestaat voornamelijk uit grootschalige kaalkap, waarschijnlijk voor weiland voor veeteelt. Seymour zei dat het belangrijk is om de opkomst van ontbossing in het westelijke Amazonegebied in de kijker te zetten, omdat er in de staat Amazonas historisch gezien weinig ontbossing plaatsvond, ondanks het feit dat deze staat rijk is aan bossen. “Wat we zien in Amazonas is het bewijs dat het feit dat bossen in het verleden beschermd zijn geweest, niet betekent dat de toestand ervan niet snel kan veranderen en kan leiden tot een snelle toename in ontbossing,” zei ze. Helaas ontbreekt het aan een financieel mechanisme om gebieden met veel bos en weinig ontbossing (High Forest, Low Deforestation – HFLD) zoals Amazonas te belonen voor het intact houden van hun bossen in plaats van ze te kappen, aldus Seymour.

“Er is op dit moment een zeer actief internationaal debat gaande over hoe bosbescherming in deze HFLD-gebieden gefinancierd kan worden op een manier die het beschermen van de bossen die we nog hebben stimuleert,” zegt ze. “Omdat traditionele methoden voor het belonen van verminderde uitstoot door ontbossing en bosdegradatie (REDD+) beloningen bieden in functie van historische ontbossingscijfers. En dus zouden jurisdicties zoals Amazonas er niet veel baat bij hebben. Daarom moeten incentives voor gebieden zoals Amazonas om ontbossing te voorkomen, volgens haar serieus worden opgekrikt.

 

Democratische Republiek Congo

Het land met het op één na hoogste verlies aan primair tropisch woud is de DRC. In de afgelopen jaren is het verlies aan primair bos in het land blijven toenemen, tot 0,5 miljoen ha in 2022.

Een herbebossingsprogramma in de Democratische Republiek Congo. Copyright: Axel Fassio/CIFOR via Flickr

Afbeelding: boven: verlies van primair bos in de Democratische Republiek Congo, op jaarbasis van 2015 t.e.m. 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. Onder: primair bosverlies in het Congobekken, op jaarbasis van 2015 t.e.m. 2022, ingedeeld per land. Geel: Kameroen, Blauw: Centraal Afrikaanse Republiek; groen: Gabon; Rood; DRC; paars: Equatoriaal Guinea. Bron: Global Forest Watch.


Het terugdringen van het verlies aan oerbossen blijft een uitdaging omdat armoede in de DRC wijdverspreid is en de toegang tot elektriciteit beperkt: ongeveer 62% van de bevolking leeft van ongeveer 2 USD per dag en 81% heeft geen toegang tot elektriciteit. Daarom is de lokale bevolking afhankelijk van bossen voor voedsel en energie via kleinschalige landbouw en de productie van houtskool, de dominante vorm van energie in de regio, die wordt opgewekt door het kappen en verbranden van hout. Deze zijn geïdentificeerd als de belangrijkste oorzaken van het verlies van oerbossen in het hele Congobekken. Er bestaat bezorgdheid dat de bossen van de DRC in de toekomst meer gevaar zullen lopen. Ondanks het feit dat de regering van de DRC heeft toegezegd de instandhoudingsdoelstellingen van beschermde gebieden te zullen handhaven, heeft ze onlangs vergunningen geveild voor olie- en gasexploratie in ongerepte bossen en koolstofrijke veengebieden en gaf aan dat het binnenkort zijn moratorium op nieuwe kapconcessies zou opheffen. Nu de bossen van de DRC bedreigd blijven, is het dringend nodig om in het land te investeren om mensen uit de armoede te halen en de afhankelijkheid van een op grondstoffen gebaseerde economie te verminderen, zegt Elizabeth Goldman, senior research manager bij GFW.

 

Bolivia

Voor het derde opeenvolgende jaar had Bolivia het op twee na hoogste verlies in de tropen, na Brazilië en de DRC. 2022 was voor het land het jaar met het grootste verlies van primair bos ooit, met een stijging van 32% ten opzichte van 2021.

Weide voor veeteelt en bos in Bolivia. Copyright: Rhett A. Butler – Mongabay


Afbeelding: verlies van primair bos in Bolivia, op jaarbasis van 2002 t.e.m. 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. Bron: Global Forest Watch.

Ondanks het feit dat Bolivia minder dan de helft van de hoeveelheid primair bos van Indonesië heeft, overtrof het het Zuidoost-Aziatische land in de snelheid waarmee primair bos verloren gaat. Landbouw voor de productie van grondstoffen als soja is de belangrijkste oorzaak van bosverlies in Bolivia. Weisse zei dat sojabonen een specifieke grondstof zijn die de ontbossing in het land aanjaagt. De expansie van sojabonen heeft er geleid tot bijna een miljoen hectare ontbossing sinds de eeuwwisseling.

De bossen van Bolivia kunnen in de toekomst nog meer onder druk komen te staan nu de regering een toename van de agribusiness ondersteunt, met als doelen het verminderen van de import, de productie van biobrandstoffen en het verhogen van de productie van vee. Deze doelstellingen gingen gepaard met de decriminalisering van illegale ontbossing en een toename van ontbossingsvergunningen. Branden hebben de afgelopen jaren ook aanzienlijk bijgedragen aan het bosverlies in Bolivia. In 2022 waren ze verantwoordelijk voor ongeveer een derde van het totale verlies aan primair bos in het land.

“Branden in Bolivia worden bijna altijd aangestoken door mensen om land klaar te maken voor landbouwactiviteiten, maar verspreiden zich uit de hand door droogte,” zegt Weisse. “Die droogtes zelf kunnen verband houden met ontbossing, omdat ontbossing in het Amazonegebied regionale neerslagpatronen verstoort.”

 

Ghana

Een andere opvallende trend in de gegevens is het verlies van bossen in Ghana. In 2022 verloor het West-Afrikaanse land 18.000 ha primair bos (iets meer dan de oppervlakte van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest), een toename van bijna 70% ten opzichte van 2021 en de grootste toename in bosverlies van alle landen in de afgelopen jaren. Dit is vooral zorgwekkend omdat er in Ghana nog maar weinig primair bos over is. Het is wel belangrijk om op te merken en te erkennen dat Ghana’s bosverlies in totale oppervlakte klein is in vergelijking met de landen met het grootste bosverlies, aldus Goldman.

 

Bos in Ghana. Copyright: Axel Fassio/CIFOR via Flickr

“Dit verlies in Ghana lijkt zich uit te breiden naar beschermde gebieden, die de enige overgebleven stukken oerbos in het land zijn,” zegt ze. “En een deel van het verlies grenst aan cacaoplantages en heeft een patroon van kleinschalige kaalslag dat waarschijnlijk geassocieerd wordt met de cacaoproductie, terwijl andere stukken verlies verband lijken te houden met brand en goudwinning.”

 

 

Indonesië

Het op drie na grootste verlies aan primair tropisch bos vindt plaats in Indonesië. In 2022 ging in het Zuidoost-Aziatische land, dat het op twee na grootste tropische woud ter wereld herbergt, 230.000 ha primair bos verloren. Dit is een lichte stijging ten opzichte van 2021, toen 202.900 ha verloren ging (ongeveer de oppervlakte van Vlaams-Brabant).

Houtkap in Indonesië. Copyright: Rhett A. Butler_Mongabay

 

Afbeelding: verlies van primair bos in Indonesië, op jaarbasis van 2015 t.e.m. 2022. Groen: verlies niet gelinkt aan branden. Bruin: verlies door bosbranden. Zwarte lijn is een trendlijn die het driejaarlijkse gemiddelde weergeeft. Verlies dat niet gelinkt is aan bosbranden kan gebeuren door mechanisch verwijderen van vegetatie voor landbouw en houtkap, maar ook door natuurlijke oorzaken zoals windschade en meanderende rivieren. Geel: 107.000 ha stukken primair bosverlies groter dan 2 ha en binnen de categorie ‘bos’ volgens landbedekkings-classificatie van Indonesië. De trendlijn geeft mogelijk een accurater beeld omwille van de onzekerheden in vergelijkingen tussen afzonderlijke jaren. Alle cijfers werden berekend met een minimum van 30% kruinbedekkingsgraad. *: Veel van het bosverlies door branden in 2016 in Indonesië was voornamelijk veroorzaakt door branden in 2015. Verbrande gebieden werden pas later gedetecteerd omwille van onduidelijke Landsat-sattelietbeelden op hete einde van het jaar (hetzelfde geldt in mmindere mate voor 2019 en 2020). Veel van het primair bosverlies in Indonesië volgens de analyse van GFW is binnen gebieden die het land zelf aanduidt als secundair bos en ander landgebruik (bvb. gemengde landbouw, plantages, plantagebossen, struiken en andere). Dit is omdat de definitie van primair bos van GFW verschilt van de officiële definitie en classificatie van Indonesië. De statistieken van GFW over primair bosverlies in het land zijn daarom aanzienlijk hoger dan de officiële gegevens van Indonesië.

Er is wel nog steeds een aanhoudende neerwaartse trend in het gemiddelde verlies aan primair bos in Indonesië. Van 2020 tot 2022 was het land in staat om 64% van het verlies aan primair bos te verminderen ten opzichte van het gemiddelde van 2015 tot 2017. Dit betekent dat Indonesië zijn primaire bosverlies meer heeft teruggedrongen dan eender welk ander land in de afgelopen jaren, volgens Goldman.

Afbeelding: top tien van landen met een afname in primair bosverlies in 2022. Bron: Global Forest Watch.

Ze zei dat overheidsbeleid en corrigerende maatregelen lijken bij te dragen aan deze vermindering. Dit beleid omvat meer brandcontrole en inspanningen voor handhaving, een moratorium op nieuwe licenties voor palmolie en plantages voor houtkap dat in 2019 permanent werd, en hernieuwde engagementen om veengebieden en mangrovebossen te beschermen en te herstellen.

De inzet van bedrijven om een einde te maken aan ontbossing lijkt ook te werken in zowel Indonesië als Maleisië, waar het verlies van primair bos in 2022 laag bleef en de afgelopen jaren is afgevlakt, aldus Goldman. Ze wees erop dat 83% van de palmolieraffinagecapaciteit in beide landen nu onder geen ontbossing, geen turf en geen exploitatie (NDPE) engagementen valt. De Ronde Tafel voor Duurzame Palmolie (RSPO) heeft in 2018 ook de certificeringsvereisten aangescherpt om ontbossing en veenconversie te verbieden.

Specifiek voor Maleisië heeft de regering een certificeringsysteem voor duurzame palmolie opgezet met de naam Malaysia Sustainable Palm Oil (MSPO). In 2017 heeft de Maleisische regering de MSPO-certificering verplicht gesteld. in 2020. Bovendien heeft de Maleisische regering een maximum gesteld aan het plantageareaal in 2019 tot en met 2023. Het land heeft in 2022 ook nieuwe bosbouwwetten aangenomen om de straffen voor illegale houtkap te verzwaren.

 

Kaalkap in de Anzac Valley, onderdeel van het boreale regenwoud bij Prince George, British Columbia. Copyright: Taylor Roades met dank aan Stand.earth


 

Buiten de Tropen

Wereldwijd is het verlies aan boombedekking, waaronder het verlies van primaire, secundaire en aangeplante bossen, met 10% gedaald in 2022. Maar de afname is meer het gevolg van een afname in brandgerelateerde verliezen, met name in de boreale bossen van Rusland, waar tussen 2021 en 2022 34% minder bomen verloren gingen.

In 2022 daalde het aantal brandgerelateerde verliezen met 28% ten opzichte van 2021, hoewel sommige gebieden nog steeds te kampen hadden met aanzienlijke verliezen, zoals in Spanje, waar grote bosbranden woedden met een recordverlies aan boombedekking als gevolg. Ondertussen zijn de wereldwijde niet-brandverliezen in 2022 licht gestegen. Daarom is de afname in wereldwijd verlies aan boombedekking geen indicatie van een positieve trend, aldus Weisse.

 

Ontbossing in Borneo, Maleisië. Copyright: Rhett A. Butler – Mongabay

 

Oproep tot actie

Terwijl sommige landen, zoals Indonesië en Maleisië, veelbelovende resultaten boeken om bosverlies tegen te gaan, zijn bij andere de activiteiten en het beleid voortgezet die de ontbossing in kritieke gebieden versnellen. Maar er zijn nog steeds redenen om hoopvol te zijn, zei Seymour.

Ten eerste is er een opleving in de waardering van de niet-koolstofgerelateerde voordelen van bossen, zegt ze. De VN-biodiversiteitsconferentie van 2022 in Montreal heeft bijvoorbeeld een kader opgeleverd dat een reeks doelen en streefdoelen bevat. Die zullen naar verwachting de geldstromen naar natuurbescherming en -herstel vergroten.

Ten tweede zou nieuw leiderschap een verschil kunnen maken. Ze noemde het voorbeeld van de Braziliaanse president Lula, die op 1 januari is aangetreden. Hij en zijn regering hebben beloofd om tegen 2030 een einde te maken aan de ontbossing in het Amazonegebied en andere biomen in Brazilië, door command and control acties te combineren met een meer langetermijnperspectief rond duurzame economische ontwikkeling. Seymour wees erop dat Lula al eens eerder de ontbossing in het Amazonegebied drastisch had teruggedrongen.

Ook de Wereldbank heeft een nieuwe voorzitter, Ajay Banga. Hij heeft aangegeven klimaatverandering te willen aanpakken. Op zijn eerste werkdag vroeg hij de 16.000 medewerkers van de kredietverstrekker om dubbel zo hard in te zetten op ontwikkeling en inspanningen voor klimaat. Dit, zei Seymour, zou de aanzienlijke middelen kunnen mobiliseren die beschikbaar zijn voor die instelling om landen te ondersteunen bij het integreren van bosbescherming en -herstel in hun nationale ontwikkelingsplannen. “Het is tijd om die kansen te benutten, want de tijd dringt”.

 

Bron: Dit artikel is een vertaling van een Mongabay artikel, gepubliceerd door Hans Nicholas Jong in het Engels en te lezen via deze link.

 

DISCLAIMER: De visie van deze auteur weerspiegelt niet noodzakelijk de visie van BOS+

Omslagbeeld: Luchtfoto van een gebied in het Amazonegebied dat is ontbost voor veeteelt – de grootste aanjager van ontbossing in het Amazonegebied – in Lábrea, deelstaat Amazonas op 15 sep 2021. Foto © Victor Moriyama / Amazônia em Chamas (Amazone in Vlammen Alliantie)

Bron: Mongabay
Terug
Beleidsmedewerker tropen

Pieter Van de Sype

pieter.vandesype@bosplus.be

“Zonder bos zijn we geen Siekopai”

Geen tijd meer over om het einde van ontbossing verder uit te stellen

Lees meer artikels