Updates
Nieuws

‘Loss and damage’ wordt hét onderwerp op COP27

© Chris Leboutillier

Loss and damage’ zal een veelgehoorde term zijn op COP27, de aankomende klimaattop in Egypte. Wat is dit mechanisme dat in het leven werd geroepen om te bepalen welke landen schade oplopen door de klimaatverandering – en welke vergoeding daar tegenover staat?

Overstromingen in Pakistan, bosbranden in de Verenigde Staten: grote delen van de planeet worstelen met ellende die door het klimaat is veroorzaakt. Een netelige kwestie werpt zich dan op: hoe kunnen we landen vergoeden als ze schade ondervinden door natuurrampen die door de opwarming van de aarde worden aangestuurd – en arme landen vaak het hardst treffen?

Negen jaar geleden kwamen VN-klimaatonderhandelaars overeen om een ​​formeel mechanisme op te zetten om zulke verliezen en schade aan te pakken, de zogeheten loss and damage, hulp aan landen die te lijden hebben onder de gevolgen van de klimaatverandering. Vandaag heeft het mechanisme nog maar weinig concreets opgeleverd, afgezien van een door donoren gesteunde poging om meer in te zetten op een verzekering tegen extreem weer in ontwikkelingslanden.

Meevallende inkomsten

Steeds meer landen in de frontlinie, zoals bijvoorbeeld kleine eilandstaten, dringen aan op financiering en andere hulp om de schade door toenemende overstromingen, droogtes, stormen, hitte en stijgende zeespiegels op te vangen. Vaak worden ze gesteund door klimaatactivisten.

© Pok Rie


Tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, eerder deze maand, mengde VN-secretaris-generaal Antonio Guterres zich nog in het debat met een controversieel voorstel voor rijke regeringen om de “meevallende inkomsten” van fossiele brandstofbedrijven te belasten. Het geld, zo stelde hij, zou moeten worden doorgesluisd naar landen die te lijden hebben onder verliezen en schade als gevolg van klimaatverandering, en naar mensen die worstelen met stijgende voedsel- en energieprijzen.

Dit is waarom loss and damage een veelbesproken onderwerp zal zijn op COP27, de VN-klimaatconferentie in november in Egypte:

Wat is klimaatgestuurde loss and damage?

Loss and damage verwijst naar de schade en de vernietiging die optreedt wanneer mensen en plaatsen niet zijn voorbereid op de gevolgen van klimaatverandering en hun levenswijze niet hebben kunnen aanpassen om zich te beschermen tegen klimaatverschuivingen op langere termijn. Het kan dan zowel gaan om plotse natuurrampen die extremer worden of vaker voorkomen door de stijging van de temperatuur – zoals overstromingen of orkanen – als om langzamere evoluties zoals aanhoudende droogte en een stijgende zeespiegel.

Een groot deel van loss and damage kan worden gemeten in financiële termen, zoals de kosten van kapotte huizen en infrastructuur. Maar er zijn ook ‘niet-economische verliezen’ die moeilijker te kwantificeren zijn, zoals graven en familiefoto’s die verloren gaan bij zware overstromingen. Of hele inheemse culturen die dreigen te verdwijnen omdat het land van hun leden niet langer bewoonbaar is. 

Een rapport uit juni 2022 over 55 economieën waar de klimaatverandering nu al hard toeslaat, berekende dat landen als Bangladesh en Kenia tot Zuid-Soedan vandaag 20 procent meer weelde zouden hebben gekend zonder klimaatverandering. Het gaat om zo’n 525 miljard dollar aan verliezen door de verandering van het hitte- en regenpatroon in deze landen, tijdens de afgelopen twee decennia. 

Vaak kunnen de armste families, ook in rijkere maatschappijen, niet de nodige middelen bijeen krijgen om zichzelf er terug bovenop te helpen, zeker niet als noodhulp de vraag niet kan bijhouden. 

Welke hulp is er voorhanden? 

Ondanks de steeds luidere roep voor een globaal fonds om landen en gemeenschappen te helpen bij het aanpakken van hun verliezen door klimaatschade, zijn de discussies over het opzetten van zo’n fonds bijzonder traag en met bitter weinig animo verlopen. Dit is vooral het gevolg van de felle tegenstand van rijke landen – onder meer de Verenigde Staten, Australië en enkele Europese landen – die niet aansprakelijk willen worden gesteld voor hun historisch hoge uitstoot van broeikasgassen of meer klimaatfinanciering willen verstrekken.

© Marcin Jozwiak


In plaats daarvan hebben sommige donorregeringen zich gericht op het uitbreiden van de toegang tot verzekeringen in ontwikkelingslanden. Het samenwerkingsverband InsurResilience werd bijvoorbeeld in 2017 gelanceerd. Dit heeft als doel om tegen 2025 voor 500 miljoen mensen, waaronder kleinschalige landbouwers, financiële bescherming via verzekeringen te bieden tegen klimaatrisico’s en natuurrampen. 

Maar veel klimaatexperts vrezen dat verzekeringen geen langdurende bescherming kunnen garanderen tegen klimaatrampen die enkel maar zwaarder dreigen te worden en op termijn wellicht onverzekerbaar zullen worden. De echte noden om loss and damage te vergoeden, zullen wellicht oplopen tot in de honderden miljarden dollar tegen 2030.

Ook klassieke ontwikkelingshulp zal niet volstaan. Een recente Oxfam-studie berekende dat de noden voor humanitaire hulp na extreme weerevents de laatste twintig jaar zijn verachtvoudigd.  En terwijl de noden stijgen, hebben rijke landen slechts de helft van het geld waar de Verenigde Naties sinds 2017 om vragen, bijeen gekregen. Er gaapt dus een enorm tekort, aldus de Oxfam-studie. Humanitaire organisaties vrezen dat de last van het omgaan met toenemende verliezen door klimaatschade zullen vallen op een internationaal noodhulpsysteem dat al overbelast is, en dat niet in staat zal blijken om de toenemende vraag naar beperkte middelen bij te houden.

Tot nu toe hebben alleen de regeringen van Schotland, Denemarken en voor België de Waalse regering, specifiek geld toegezegd om te helpen bij loss and damage. In totaal gaat het om 15 miljoen dollar.

Een globaal loss and damage-fonds?

Naar alle verwachting wordt het op COP27 in Egypte een bikkelharde strijd tussen kwetsbare landen en de naties van wie zou verwacht worden dat ze opstaan om de geldkoffer van zo’n fonds te vullen. 

Kleine eilandstaten en de groep van armste landen hebben getracht om iets dergelijks als een globaal fonds te organiseren op de vorige klimaattop, COP26 in Glasgow in 2021. Ze zijn daarin gefaald. In plaats daarvan werd als compromis een driejarige dialoog gelanceerd over de financiering van activiteiten om verliezen en klimaatschade aan te pakken.

© Dati Bendo – Wikimedia Commons


De top in Glasgow stemde ermee in om het Santiago Network te financieren, een orgaan dat technische expertise opbouwt op vlak van loss and damage. Zo helpen ze landen bij het nadenken over manieren om gemeenschappen nabij bedreigde kusten te herbestemmen.

In de aanloop naar COP27 neemt de druk weer toe om dan dit jaar een echt loss and damage-fonds op te richten, maar het staat nog niet op de officiële agenda. Tijdens de laatste Algemene Vergadering van de VN eerder in september, drong de Alliantie van Kleine Eilandstaten (AOSIS) hard aan op progressie tijdens de komende klimaattop. Deze landen zijn het meest kwetsbaar voor klimaateffecten zoals een zeespiegelstijging.

“Nog verder praatwinkels openhouden over dit onderwerp tot in 2024, helpt de mensen niet die op dit moment al verliezen lijden”, zegt Walton Webson, de AOSIS-voorzitter, zelf afkomstig van Antigua en Barbuda.

VN-chef Guterres zei dat het “hoog tijd was voor een serieuze discussie en zinvolle actie” over loss and damage, en voegde eraan toe dat hij hoopt dat de COP27 het zal opnemen “als een kwestie van klimaatrechtvaardigheid en internationale solidariteit.”

Ondertussen blijkt het voorstel van Guterres om fossiele brandstofbedrijven te belasten en dat geld in een loss and damage-fonds te stoppen, op steeds meer belangstelling te kunnen rekenen, vooral omdat oliemaatschappijen op dit moment recordwinsten binnenhalen. Andere suggesties voor fondsenwerving waren onder meer heffingen op luchtvaartmaatschappijen en financiële transacties.

“Het is volkomen logisch dat belastingstelsels zo worden opgebouwd dat het mensen helpt herstellen van de schade die wordt veroorzaakt door de grootste vervuilers van de planeet”, zegt Teresa Anderson van ActionAid International. “De voorstellen die tijdens de Algemene Vergadering van de VN werden gedaan, laten zien dat de fondsen kunnen worden gevonden om zij die in de frontlinie van de klimaatcrisis staan te helpen, en dat er geen reden is voor rijke landen om vooruitgang te blijven blokkeren”, voegde ze eraan toe.

Lees meer over klimaatonrecht en de 11.11.11 campagne

Volg de COP27 op de voet via onze website

 

Bron: Dit artikel is eerder verschenen bij IPS-partner Thomson Reuters News Foundation
Terug

Stem voor het bos

Hoe de Paashaas verantwoordelijk is voor de achteruitgang van Afrikaanse bossen

Lees meer artikels